Het is iets voor
negenen. De gevaarlijke hitte is al tastbaar. Te laat om ver te gaan wandelen.
We zijn niet de enigen die er zo over denken. Slome retrievers, een nauwelijks
enthousiaste Shih Tzu, en een forse druktemaker die normaliter uitvalt tegen
andere reuen, maar zich nu mak gedraagt. Een rare gewaarwording.
Skip muist dichtbij huis
in het schaalloze grasland waar sint-janskruid de boventoon voert. Het had net
zo goed de Sahara kunnen zijn. Ik wankel op de uit voorzorg meegenomen
driepoot. Voortdurend als ik (vanwege de haas) achter de ronddalvende Skip aan
verhuis, zakt minstens één poot in een van de ontelbare gaten. Bij tijd en
wijle komen hondenvriendjes een kijkje nemen. Berner Sennen Jessie verdrijft
Skip uit zijn minigroeve. Een tandenknarsende Skip geeft geen krimp. Na een
summiere schouw snapt ze niet waarom iedereen er zo gewichtig over doet. Ze
gaat. Skip wil het werk hervatten. Hij steekt zijn neus in de kuil, trekt een
vies gezicht en stuit op. Goeie grutten! Had die Jessie me daar een partijtje
zweetvoeten.
Noodgedwongen trekken we
verder. We kunnen een eindje onder bomen van dezelfde statuur en jaarringen
waar het zonlicht ons niet kan vangen. Skip mag van de lijn. Voor een
sprint is het toch te warm.
uit de bundel Bezige Bu (2015)