Ik zou het er niet meer over hebben. Voor mij was het
donkere-dagen-seizoen een gepasseerd station. Ondanks die ontkenning viel er
vannacht van alles van boven naar beneden. Door de goedlachse zon werd dat wat
op de grond belandde pratsch (of pratsj). Komen we op de vraag of ‘pratsch’ Limburgs
dialect is voor een papperige natte substantie waar je doorheen loopt of een
onomatopee: een klanknabootsing van het geluid dat je voetstappen maken in een
drabbige blubberige massa: pratsch, pratsch.
Aardig van de boswachter was dat hij met zijn jeep de paden had bereden. Door de bandensporen konden wandelaars op het rechte pad blijven en hoefden we niet door de modder. Ik had verwacht dat Skip die in het water gauw last krijgt van koude pootjes, hinder van de prut zou ondervinden. Skip genoot echter met volle teugen van hetgeen in Noorwegen, zijn land van herkomst, altijd voorhanden is.
uit de dikke pil: Skipkluifjes