Die ochtend besloot ik samen met Skip een extra grote wandeling te maken. Vaak kom je op vaste tijden, op dezelfde plek, dezelfde honden en hun baasjes tegen. Dat is meestal heel gezellig. Soms kan het vervelend zijn wanneer je net die ene zeur met die opdringerige hond treft, waar je ’s morgens vroeg echt geen zin in hebt.
Deze keer liep een onbekende oudere heer ons tegemoet. Ik keek in de rondte maar zag geen hond. Als vrouw alleen is elke man zonder hond verdacht. Hij zag er in mijn ogen en van een afstand af, aardig uit. Ik vertrouw altijd op het instinct van mijn honden. Aarzelt hij, loopt hij er met een grote boog omheen of gaat hij ongedwongen op de vreemde af? Skip liep nieuwsgierig in richting van de man. Blijkbaar niets aan de hand.
Dichterbij gekomen zag ik een futloos gezicht en verwarde haardos. Het boordje van zijn blouse was gekreukt en zijn schoenen kleurden dof. Ik kwam al snel achter de reden hiervoor; de eenzame man was duidelijk in voor een praatje. Zijn vrouw is recentelijk overleden. Hun kinderen wonen in het buitenland. Het doel van zijn wandeling was contact te leggen met hondenbezitters.
Vroeger had hij als kind ook een hond: zijn kameraad door dik en dun. Zijn ogen kregen weer even hun oude glans terug. Hij zou graag weer een hond willen aanschaffen en wilde zich zo oriënteren welk ras voor hem geschikt zou zijn. Na een uitgebreid gesprek en uiteraard reclame te hebben gemaakt voor ons eigen huismerk hervatten we ieder onze eigen weg. Skip merkte dat ik me door het gesprek wat treurig voelde en bleef, heel schattig, dichtbij me lopen. Al snel kwamen we een vriendin met haar donderstraal tegen. Onze boefjes schoten samen de struiken en wij voltooiden al kwebbelend de ochtendwandeling. Zo gaat dat nu eenmaal.
De oudere heer was al lang uit mijn gedachten verdwenen toen ik hem, maanden later, op ongeveer dezelfde plek weer tegenkwam. Het boordje van zijn blouse mooi gestreken met daarboven een glunderend gezicht en een verzorgd kapsel. Aan zijn voeten zaten een paar comfortabele, stevige stappers. De herkenning was er onmiddellijk. De man floot en ik zag een enthousiast blond bastaardhondje onze kant uitkomen. De hond ging keurig rechtop voor de man zitten en keek verwachtingsvol omhoog voor een beloning. Onze bandiet schoof meteen aan. Terwijl de man kwistig uitdeelde, vertelde hij met een liefdevolle stem dat ze Joy heet en dat het liefde op het eerste gezicht was. Ik voel me helemaal blij worden. De honden dollen wat met elkaar en we lopen zwijgend samen verder. We begrijpen elkaar. Bij het kruispunt nemen we afscheid. Vandaag kan ik tegenkomen wie ik wil. Deze dag kan niet meer stuk.
uit de bundel: Hij doet niks door Cela den Biesen (2009)