Half
december. De winter moet nog beginnen. Bij het wegrijden hoor ik de tot ijs
verworden sneeuw kraken onder de wielen van het busje. Het bevroren wegdek is
net een spiegel. We zijn moederziel alleen onderweg. Hevige sneeuwval. Veel
mensen durven de straat niet op. Ze zijn bang voor glijpartijen. Eén
onverwachte ruk aan de lijn, en hup, daar lig je met een gebroken been. En als
er iets is dat jij je als hondeneigenaar onmogelijk kunt veroorloven is om zes
weken uit de running te zijn.
Het nieuwsbulletin op de radio meldt dat het openbaar vervoer danig ontregeld is en op sommige plaatsen in het land zelfs plat ligt. De winterse neerslag heeft voor chaos gezorgd. Hoe lossen ze dat toch in streken rondom de skigebieden op? Ik weet zeker dat in Zwitserland bussen en treinen immer pünktlich het station binnenrollen. Ik heb mazzel. Geen vastgevroren portieren, of ruiten krabben: voor ons rijdt de hondentaxi voor.
Skip en zijn vriendinnetjes hoeven geen genoegen te nemen met ‘eventjes naar de struik aan de overkant schuifelen’. Zij kunnen zich gedrieën uitleven in de vrije natuur. Dolle pret. Voordeel daarvan is dat wij baasjes ons volledig kunnen concentreren op het overeind blijven. Het anders zo saai uitziende berkenbos waarin de honden rondhuppelen, is veranderd in een sfeervolle Oost-Indische pentekening zonder perspectief: verraderlijke ingangen van holen en kuilen lijken door de blanke vulling, vlak. De honden lijken moeiteloos struikelblokken te omzeilen. Zouden ze gebruik maken van een ingebouwde kaartlezer?
Tijdens
de wandeling bedenken we dat bij zulke weersomstandigheden een rondrijdende
hondenbus een uitkomst zou zijn. Niet bijster origineel, blijkt op de
parkeerplaats. Daar wacht een stationair ronkende Mercedes met een krantlezende
chauffeur geduldig op een oude dame die haar Labrador in de sneeuw laat rollen.
Haar man, slachtoffer van hun iets te enthousiaste viervoeter op een glibberig
trottoir, ligt sinds gisteren in het ziekenhuis met een gebroken heup. Zij
beseft dat ze nu voor de volle 100% inzetbaar moet zijn en koos voor deze
pientere oplossing.
uit het boek: De rebellen maken er een bende van (2014)