Op de dijk
wordt Skip opgejaagd door een adolescente heidewachtel. Skip probeert hem te
lozen door richting mij te rennen. Hij mist me net achter de katjeswilg die al
volop bloeit en neemt aan dat ik doorgelopen ben. De heidewachtel ziet Skips
wanhopige actie als een welkom spelletje en zet de achtervolging. Uiteindelijk
zijn ze slechts twee kleine stipjes aan de horizon. Daar komt Skip pas tot de
conclusie dat ik nog nooit zover had kunnen zijn, draait zich om en snelt het
hele eind terug naar waar hij mij voor het laatst gezien had, de heidewachtel
in zijn kielzog. Helemaal bekaf verschuilt hij zich achter mijn benen. Op hetzelfde
moment fluit de eigenaar van de heidewachtel die direct richting zijn baas
vertrekt. Skip grijst: zo die heeft híj handig geloosd!
uit de dikke pil: Skipkluifjes