Tis weer voorbij die
mooie zomer zingt Gerard Cox in mijn hoofd. Het hemelwater stort onophoudelijk
naar beneden als een tropische regendouche. De tuindeur zit sinds lange tijd
met spijt in het slot. Ik dacht dat de hond het vervelend zou vinden; hij is
het zo gewend om in- en uit te lopen. Tot mijn verrassing is Skip opgelucht. Gelukzalig
ligt hij op het te kleine kleedje bij de voordeur. Dan begrijp ik het pas.
Alles is overzichtelijk. Hij hoeft maar één plek in de gaten te houden: de
voordeur. De brandgang, de tuin, de achterdeur doen er niet meer toe. Zelfs
buitengeluiden die afleiden of nader onderzoek behoeven, dringen niet door. De
hond gunt zichzelf eindelijk rust. Zijn waakmodus gaat op een laag pitje. Wij
lopen op fluistertenen. Sst, Skip slaapt.
uit de dikke pil: Skipkluifjes