Zou hij een voorkeur hebben, vraag ik me af. Bestaat er significant verschil tussen een molshoop, konijnenhol of muizengaatje, behalve de statuur en eetbaarheid van een eventuele prooi? Graaft en wroet het vlotter in de vettige klei, zanderige grond of mulle aarde? Moet het karwei een uitdaging zijn: in de weg liggende boomstammen opzij duwen, stenen verplaatsen, planten- of boomwortels uittrekken? Verkiest hij een nieuw op te starten project of voldoet een half afgemaakte kuil van een ander ook? Hoe weet de hond of zijn beoogde mol, konijn of muis thuis is? Is het de geur, het ultrasoon geluid of het stampvoeten?
Vandaag bevindt
zich het onderwerp van zijn verlangen onder een plak jonge brandnetels.
Waarschijnlijk zijn de brandharen nog afwezig, want aan Skip merk ik niets van
geprik. Met de bek vol klei probeert hij verbeten zijn klus te klaren.
Hij heeft bergen verzet voordat hij liggend gaat woelen; of zijn leven ervan
afhangt. Ik geloof dat het clevere diertje allang een veilig heenkomen heeft
gezocht. Skip volhardt in zijn graafwerkzaamheden en ik maan hem vriendelijk tot
stoppen. Ik zie opluchting. Eigenlijk was de inspanning hem teveel, maar voor
een doorzetter is een tevergeefse poging geen optie. Toch is de cirkel rond. De volgende dag produceert Skip namelijk zelf
een aanzienlijke hoop: binnengekregen grond landt terug op aarde.