De fleurige
flora swingt. Groen, geel en paars vermengd door de wind. De heide staat in
bloei. Een standaardzin, maar oh wat is dat overwegend paarse veld machtig
mooi. Weerzien na de vakantie. In de auto popelt het illustere trio. We zijn
terug op de plek die er al zo lang is als we ons kunnen heugen. Alle bosvakken
worden luidkeels aangedaan: we zijn er weer! De campinggasten zijn eerder
vertrokken dan vorig jaar. Nu hoefden slechts drie overgebleven tentbewoners te
worden gewekt met geblaf en geroep. Skip speurt er naar resten, hij had iets
opgevangen over haringen. Er is efficiënt opgeruimd. De meiden steken alvast
het pad over waarin diepe bandensporen in de modderige brij zijn achtergelaten.
Skip hoort iets ritselen in het struikgewas. Ze zijn er als de skippen bij.
Een zwart-witte kat zoekt het hogerop. Hoe die in het hondenbos terecht.
Rugwaarts, het groen in. Na weken afwezigheid is er zoveel te doen en te
herontdekken.
uit het boek: De rebellen maken er een bende van (2014)