De bebouwing
houdt pardoes op. We gaan te voet verder daar waar de tijd nog met een fiets op
houten banden lijkt te gaan. De hond is aangelijnd. In het voorbijgaan hoor ik
twee toerende echtelieden tegen elkaar zeggen: ‘Wat een beeldschone
vossenhond.’ Ik ben het helemaal met ze eens. Na een kwartiertje bereiken we
een wandelpad waar Skip los kan. Hij zwerft langs de kant tot een open gedeelte
waar hij het water in kan. Ondanks de voor ons frisse wind, ligt de
voorjaarstemperatuur voor een van oorsprong Scandinavische hond al gauw te
hoog.
In plaats van de te verwachten sprong in het water, zie ik hem een fanatieke diepgravende duik in het hoge gras maken. En ja hoor, daar ligt een gevangen en voor dood achtergelaten brasem. Of course kom ik te laat. Zo metamorfoost de vossenhond in korte tijd tot vissenhond. Onderweg is de walgelijke stank niet te harden. Jakkes. Skip is door het dolle heen vanwege zijn eau de poisson - niet te verwarren met Poison van Dior. Thuis wordt hij zonder pardon in het sop gezet. Zijn smelly snuit behandel ik met een washandje zodat er geen shampoo en druppels in zijn oren sijpelen. Daarna is stinkybinky wel weer superzacht, schoon, wollig en voorzien van een zijn heerlijke ouderwetse geurtje.
uit de bundel Bezige Bu (2015)