Het is
langer licht en de weersaankondiging is goed. Hetzelfde ochtendtijdstip op
dezelfde route, maar dan op de vroege avond. In het veld wijken drie
afgetrainde lichamen in retestrakke gesponsorde spandex van de platgetreden
groef die dienst doet als pad af, omdat de muizende Skip geen millimeter opzij
gaat. Ik groet per abuis met een standaard ‘morge’. Hun snedig commentaar: ‘Ah,
je ziet drie mooie mannen en bent meteen van slag. We snappen dat volkomen.’
Gelach, ook van mij. Skip meent dat het over hem gaat. Het wordt me niet in dank
afgenomen. Hij spit verder ... met zijn krent naar me toe.
uit de bundel Bezige Bu (2015)