Here Comes The Sun. We genieten van een milde nazomerse
zondag én een gratis concert in eigen achtertuin: het Venlose Beatles
Collectief doet het Get Back optreden
dunnetjes over op de rooftop van de
Nedinsco toren die een straat van die van ons verwijderd ligt. The Long And Winding Road. Skip die
languit op het gras ligt, slaapt er dwars doorheen. Norwegian Wood. Burengerucht. Merels fladderen verschrikt op. Blackbird. De oostenwind waait verschrikkelijke
gabberhouse van een verjaardagsfeestje eroverheen. Birthday.
Verstoord rekt Skip
zich. Help! ‘Je hebt groot gelijk,
jongen. We gaan een ommetje maken’, stem ik in. Come on. Dagjesmensen op elektrisch aangedreven fietsen glijden
geruisloos over de dijk. Day Tripper.
Gladde speedboten klieven het water als scheermessen. Ik hoor Yellow Submarine. Schapen grazen vredig
voortschrijdend in de Oude Beemden. So
How Come (Baa baa black sheep). Vijf eerstejaarsstudenten hebben meer oog
voor het mooiste meisje van de klas. Ain’t
She Sweet. Een viertandige dealer in een afgeleefde zwarte Mercedes met op
de beschadigde achterbank een verveelde bruine pitbull, bevoorraadt de in de
late middagzon luierende junks. Lucy In
The Sky With Diamonds. Skip ondergraaft de bloeiende bijvoet. Fixing A Hole. Na kort op een
aangespoelde jerrycan voorzien van een sticker met doodskop, de voorstelling in
de wolken gevolgd te hebben, vind ik het genoeg voor de steeds harder hijgende
hond. Let It be. ‘Kom, we gaan
richting huis’, por ik Skip. Don’t Let Me
Down. Wonderbaarlijk: geen hond kijkt omhoog naar de nok waar de muziek
vandaan komt. Men verwacht niet dat het daar loos gaat. Come together. Ik ben de enige voorbijganger die meetapt op de
overbekende nummers. Twist And Shout.
Thuis doen we de deur noodgedwongen dicht door de herrie. Because. Cultuurbarbaren zijn het!