Een dag die begon met
mist en afsloot met een warmterecord. Het is 22 graden boven nul. Skip muist in
het veld. Ik wacht toegeeflijk. Het is muizen- en mollenmaand. Ik kan Skip
voorwaarts delegeren, maar dan duikt hij in het eerstkomende muizengaatje. Een
defilé van honden en eigenaars trekt langs. Kletspraatjes verkopen doodt de
tijd. Een willekeurige wandelaar die me na een uur nog ziet staan, merkt op:
‘Als ooit het beroep van veldwachter weer in ere wordt hersteld, hoeven ze geen
vacature te plaatsen. Jij bent de aangewezen kandidaat voor deze geduldige baan.
Geen ouderwetse bromsnor, maar een uiterst tolerant wachtend vrouwspersoon in
het veld.’ Haha, een geestige metafoor. Ik vind het prima. Het is bepaald geen
straf om met dit zonnetje te moeten wachten. Bovendien gun ik het mijn lieverd.
uit de bundel Bezige Bu (2015)