Skip brengt trouw de post en reclame die door de brievenbus wordt geschoven. In ruil daarvoor heeft hij recht op een lekkertje. Daarvoor moest ik steeds opstaan en naar de keuken lopen. Tot ik een eureka-moment had: een voorraadje ruilkoekjes op mijn bureau aanleggen zodat ik altijd voorbereid ben. Op mijn bureau prijkt nu een luchtdicht afgesloten pot met voertjes.
Na enkele malen is bij de kiene Skip het besef doorgedrongen dat het lekkers er ALTIJD ligt. Sindsdien loopt hij regelmatig met een snuffelende neus langs. Of hij duwt zijn bedelende kop in mijn schoot: jij hebt daar toch koekjestrommel staan … Hint hint. Ik zeg dan ‘op is op’ en maak tegelijkertijd het ‘op’ handgebaar.
MSkip is dubbel kien en brengt spontaan draagbare voorwerpen uit alle
vertrekken om te ruilen. Slechts één keer in zijn smekende blik trappen was
voldoende om bedolven te worden onder een verzameling speelgoed en andere
huishoudelijke artikelen. Je begrijpt: de koekjespot is leeg.
uit de bundel Bezige Bu (2015)